Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zo toog hij heen, en een leeuw [35]vond hem op den weg, en doodde hem; en zijn dood lichaam lag geworpen op den weg, en de ezel [36]stond daarbij; ook [37]stond de leeuw bij het dode lichaam. 35. Dat is, ontmoette hem. 36. Als door de hand der goddelijke voorzienigheid daar gehouden, om het dode lichaam ter begrafenis te dragen. 37. Niet als een roofdier om dat te verslinden, maar als een wacht om dat ter begrafenis te bewaren.